Het begint met een goede voorbereiding en planning |
Waarom “Wat bezielt de mens, de
hardlopende mens?” Ik vroeg het aan Alco de Jong uit Sint Annaparochie, een van
de deelnemers aan de 60 km race. Hij haalde de schouders op, lachte en vertelde
dat-ie werd uitgedaagd door een paar loopvrienden na afloop van “De Slachte”
marathon en bovendien leek het hem wel wat. De loopvrienden kwamen tot inkeer.
En zo stond hij daar op die tweede paasdag. Denk nou niet dat-ie daar alleen
stond. Nee, zeker 400 collega’s hadden zich verzameld bij het NIOZ op Texel. Ik
vroeg me af of de ultraloper uiterlijk is te herkennen. Maar hoe ik ook keek,
ik kon geen specifieke kenmerken ontdekken. Je ziet dezelfde magere altijd
hardlopende en hongerende vel over been mens, je ziet goed gebouwde en
atletische lichamen die tot in details voldoen aan het ideaal beeld van de
super atleet. Maar ook de minder bevoordeelde mens is aanwezig. Kortom: het is
een doorsnede van de vele joggende, van de hardlopende mannen en vrouwen.
We gaan ervoor |
Volgen
Wij volgen Alco op de voet. Wij zijn, Arjen Visserman (als trainer/coach)en
meeloper als fietsers, Jacqueline, de vrouw van..., Aline en Elze, de dochters
van.... en Karin Verploeg met de auto. Het is fris, er staat een stevige wind
uit de noordoost hoek die in de loop van de dag nog wat zal aantrekken. De start
verloopt zoals altijd: een opgewonden stelletje “jonge” honden staat te
trappelen achter de startlijn, ongeduldig wachtend op het sein om te
vertrekken. Zij realiseren zich dat ze voorlopig nog niet thuis zijn. Ze weten
dat ze maximaal 7 uren de tijd hebben om het rondje Texel te voltooien. Dus het
hoeft ook niet echt heel hard te gaan, maar het is wel ver. Stel dat ze 9
kilometer per uur lopen dan zouden ze in 7 uren een 63 kilometer hebben weg
gelopen. Dat rekensommetje hebben de meeste lopers wel gemaakt.
De start, 500 deelnemers aan de 60 van Texel |
Onderweg Het
zijn de “professionals” die er direct in een hoog tempo van door gaan.
Natuurlijk zijn er altijd optimisten die volgen. Zo ontstaan op die eerste
kilometers al vrij snel gaten in het peloton en worden er al wat groepjes
gevormd. De gezichten staan vrolijk, de stemming zit er goed in met de wind in
de rug, er wordt (nog) druk gepraat. Wij zijn achter de laatste lopers ook
gestart. Dus moeten we op zoek naar onze Alco. Op weg naar de Mokbaai is de weg
breed. Al slalommend vinden we hem ergens midden in het peloton. Hij voelt zich
goed, is blij dat-ie vlak voor de start zich nog heeft ontdaan van zijn dubbele
jack. Even later moeten we hem voor enige tijd aan zijn lot overlaten. De
lopers nemen een duinovergang om vervolgens de eerste beproeving te ondergaan
op het strand richting paal 12. Wij ploeteren er heen tegen de wind in over een
geasfalteerde route. De zon schijnt volop. De verwachting is dat Alco om
ongeveer 11.45 daar zal arriveren. Als wij ons strategisch hebben opgesteld en
het strand afkijken in zuidelijke richting zien we heel in de verte de eersten
al aan komen. Maar als ze dichterbij komen zijn het deelnemers aan de 120 km,
die aan hun tweede 60 km bezig zijn. En dat is duidelijk te zien: het lopen
gaat wat op z’n zachtst gezegd wat moeizaam, de benen hebben het zwaar, het
bovenlichaam beweegt ook al niet soepel meer, maar als ze voorbij komen en wij bemoedigende woorden
spreken, weten de meesten nog een lach op het gezicht te toveren.
60 kilometer is al zwaar, strand op en af maakt het loodzwaar |
Volgens schema Op
de “afgesproken” tijd arriveert Alco bij de duinovergang. Hij neemt wat te
drinken aan bij de verversingspost en vervolgt welgemoed zijn weg. De wind pal
tegen. Wij bereiden hem voor op het traject in de luwte van het bos over ruim
een kilometer. Volgens Alco viel het strand best mee, hier en daar wat zoeken naar
de harde ondergrond, alleen de duinovergang was echt zwaar door het mulle zand.
Al keuvelend naderen we het bos. Eenmaal in de luwte, verlost van de straffe
wind, klaart iedereen op. Het lijkt wel of men vleugels heeft gekregen. Het
tempo gaat omhoog. De teller staat nu dan ook op ruim 11 km per uur. Alco haalt
in, maar wordt ook voorbij gelopen. Niets bijzonders. Er wordt veel gepraat.
Even voor ons loopt een man in het rood wat in zich zelf te mopperen. Als ik
hem aanspreek en vraag naar zijn ervaring vertelt-ie dat zijn rug/waterzak
lekt, dat zijn shirt zeiknat is en dat-ie de pest in heeft. Hij veronderstelt
dat-ie bij een verversingspost het probleem wel kan oplossen. Ik fiets een
eindje met hem op en probeer hem wat op te vrolijken. Hij laat het wat gelaten
over zich heen gaan. We passeren het 15 km punt, de eerste wisselplaats voor de
estafette. Ik verlies de onfortuinlijke rode loper uit het oog. Nog een tweetal
beschutte kilometers en dan buigt het parcours naar links de duinen in. Voor de
tweede maal naar het strand.
Alco na het tweede deel strand, "dat viel zwaar" |
Even wat anders Wij,
met z’n zessen, wachten af. Het is een lastige duinovergang met een drietal
zeer steile klimmetjes. Zij die naar beneden komen, ogen vermoeid. Je kunt zien
dat ze het zwaar hebben gehad. Alco arriveert een tiental minuten achter op het
schema. Op het strand heeft hij veel moeite gehad. Het harde gedeelte was
schuin aflopend naar zee. En er is niets zo vervelend als scheef lopen. Je hebt
steeds het gevoel dat je ene been te kort is. Hij krijgt wat bouillon en thee
te drinken; wisselt van schoenen en trekt een droog shirt aan. Na een handvol
rozijn en wat brood pakt-ie de draad weer op. Hij gaat links af door het
natuurgebied, wij volgen het fietspad tot vlak voor de duinovergang bij de
Slufter. Een afstand van ongeveer 5 km tegen de wind in. Onderweg zeggen we
tegen elkaar dat het heel zwaar zal worden voor de lopers tot aan de vuurtoren
over een afstand van een zevental kilometers.
15 kilometer straffe tegenwind |
Zwaar Wij
pikken Alco aan de voet van het duin weer op en we zien aan zijn gezicht en houding
dat het niet zo soepel meer gaat als een uur of wat geleden. Hij staat even
stil bij de verversingspost, gebruikt het een en ander, maar dan roept de
plicht. We houden met zijn drieën de moed er in. Het tempo is gezakt tot iets
meer dan 9 km/uur. Onderweg, zo rond het 30 km punt, zien we dat velen het
moeilijk hebben. De gezichten staan strak en een lachje kan er niet meer af. De
laatste 3 km tegen de wind in zijn uitzonderlijk zwaar. Het fietspad hebben ze
zo aangelegd dat de hoogste duintoppen en de diepste duinpannen niet worden
overgeslagen. Een enkeling moet dan ook berg op even wandelen. Wij proberen om
de beurt Alco met verhalen over het weer, de mooie omgeving en nog wat onzin af
te leiden. Maar of hij het hardlopen nog steeds heel leuk vindt, betwijfelen
we.
Net na de vuurtoren, tijd voor wat fris en lekkers |
De regie in andere handen Eindelijk
zijn we op de Vuurtorenweg. We slaan rechtsaf. De volgauto staat daar geduldig
te wachten. Arjen, de onvolprezen mental coach deze dag, dirigeert Alco naar de
auto om nog wat te eten. Even later als-ie weer op gang moet komen, moet-ie
eerst een dertig tal meters wandelen. Ik krijg de indruk dat-ie het advies van
Arjen met plezier op volgt. Tenslotte moeten er nog 25 km worden weggewerkt. Dus
voort maar weer. Het is half wind. Het uitzicht op het wad is prachtig.
Vlieland lijkt binnen handbereik. We wijzen Alco daarop. Hij ziet het wel, maar
of het tot hem doordringt, is de vraag. Als hij de dijk omhoog moet, beveelt
Arjen hem nogmaals te gaan wandelen. En ook deze keer wordt het advies zonder
tegensputteren opgevolgd. Naar beneden lijkt het een makkie, maar niets is
minder waar. Je moet je in bedwang houden, anders loop je jezelf letterlijk en
figuurlijk over de kop. De weg onder aan de dijk, met de wind schuin van
achteren en De Cocksdorp voor het grijpen, biedt een mogelijkheid om te
herstellen. Maar onze held heeft het zwaar, het tempo ligt op en onder de
9km/uur. De achterstand op het schema is opgelopen tot ongeveer 20 minuten. Hij
vraagt om eten en drinken, graait in de doos achter op de fiets van Arjen.
Arjen adviseert een gelletje, maar dan reageert Alco als door een wesp gestoken
en hij vertelt dat-ie last van zijn maag heeft en dat die gelletjes hem niets
bevallen. Hij wil thee en bouillon. Als we hem voorbereiden dat dat nog wel
even kan duren, omdat we zo meteen over de dijk aan de wadkant lopen waar geen
auto’s mogen komen,
Op het juiste moment arriveerde het verzorgingsteam |
passeert gelukkig Jacqueline c.s. ons met de auto. Wij
maken haar duidelijk dat ze even verderop moet stoppen. We passeren een
ambulance die bezig is een onfortuinlijke collega loper op een brancard in de
auto te schuiven. Alco kijkt op noch om, ziet alleen de eigen volgauto en valt
aan op eten en drinken. Jacqueline weet haar bezorgdheid goed te verbloemen.
Arjen neemt nu de regie volledig over. Hij maant Alco rustig te lopen,
adviseert wanneer het verstandig is om (even) te wandelen, vraagt of-ie nog wat
wil eten, moedigt hem aan tot drinken en
beveelt hem om even rust te nemen.
Het parcours langs het wad is vooral voor de volgers op de
fiets een heerlijkheid. De zon schijnt en de wind blaast stevig in de rug. Het
uitzicht is schitterend. Wij kunnen herstellen van onze inspanning, maar of dat
het geval is bij het gros van de lopers, valt te bezien. Er wordt af en toe
gewandeld. Geen wonder, want het is zwaar. Getekende en vermoeide gezichten.
Zweet, het lichaam protesteert. De bewegingen worden wat houterig. Frustrerend
is het voor menigeen van de 60 km als die “ellendige” estafette lopers je in
halen. Zij zijn fris en lopen vrolijk fluitend hun 15 km. Wij houden een
(bezorgd) oogje in het zeil en stellen vast dat het voor velen behoorlijk
afzien is geworden. Wij lijden mee. Een eenzame loper, blijkbaar zonder
volgers, vraagt om water. Het enige wat we hem kunnen zeggen is dat de
verversingspost niet ver meer is.
Even later gaan we de dijk over en daar staan ze met water,
banaan, sportdrank, sinaasappel. Arjen beveelt: “neem de tijd, rust even en
drink vooral wat”. Maar we moeten verder. Nog een paar km en we zijn bij het
laatste wisselpunt voor de estafette lopers. Een man in sportkleding schreeuwt
tegen een estafetteloper dat-ie er een schepje boven op moet doen. Het komt wat
onwezenlijk over zo tussen al die vermoeide lange afstandlopers.
Weer op jezelf aangewezen |
Een oude bekende Daar
passeert ons plotseling de man in het rood, de man met de lekkende
rug/waterzak. Ik ga naast hem fietsen. Hij loopt soepel. Hij vertelt dat-ie
zijn inzinking te boven is gekomen en dat hij vol vertrouwen de finish tegemoet
gaat. Hij zal even rusten bij het wisselpunt en zijn kuiten (laten) masseren.
Het wordt een informatief en leuk gesprek dat ik met hem heb. Want op mijn
vraag of hij veel getraind heeft, schudt hij het hoofd en zegt: “twee weken
geleden 47 km en daarvoor een paar keer ongeveer 2 uren”. Ik toon mijn
bewondering. Maar daarvan is hij niet onderste boven. Hij vertelt dat-ie in de
klas heeft gezeten bij Jan Knippenberg. Die heeft hem gekoppeld aan zijn vrouw.
Jan Knippenberg was de pionier van de ultralopen en leraar geschiedenis op de
OSG De Hogeberg te Texel en organisator van de 60 km van Texel. Hij is een
aantal jaren terug overleden. Als een vorm van nagedachtenis had hij zich voor genomen
eenmaal de 60 van Texel te lopen. Vandaar! Ik laat hem achter bij het
wisselpunt.
Afscheid Het
is inmiddels kwart over drie. Een rekensommetje leert mij dat er nog een kleine
20 tal km te gaan zijn. Ik moet uiterlijk om 19.00 uur weer thuis zijn. Dus de
boot van 17.00 uur!! Voorzichtig deel ik het Alco mee. Geen probleem; tenslotte
moet hij lopen. En Arjen is er nog bij die hem met raad en daad terzijde zal
staan. Bij de volgauto neemt Alco het er nog
even van. Hij schat in dat-ie nog een kleine twee uur werk heeft. Ik
moet er niet aan denken. Hij komt moeizaam weer op gang. Gelukkig is de wind de
lopers goed gezind. Even later neem ik afscheid. Ik fiets het gehele parcours
uit. Eerst het dorpje Oost en daarna door Oosterend. Het valt me op dat er geen
groepjes meer zijn. Iedereen worstelt zelf voort. Bij de een gaat het wat
soepeler dan bij de ander.
Voor een impressie van de 60 van Texel
Voor een impressie van de 60 van Texel
Blootsvoets Bij
een enkele eenzame loper kan ik de verleiding niet weerstaan om even mee te
fietsen en een kort praatje te houden en ze moed in te spreken. Maar mijn
gedachten zijn bij de man die ik in steek heb gelaten. Hoe zal het hem vergaan?
Dan fiets ik een man, van ruim in de 50, achterop. Hij is blootsvoets. “Hoe
gaat het? Goed!”, klinkt het opgewekt. Ik vraag naar zijn ervaring op blote voeten. Het moet heerlijk
zijn, maar als ik naar de weg kijk en hier en daar wat kleine steentjes zie
liggen, kan ik dat maar nauwelijks geloven. “Tja, op het strand geloof ik dat
graag, maar hier?” Toch bezweert hij mij dat het echt prettig loopt. Ik wens hem
veel succes en vervolg mijn weg.
De start van de 60 van Texel
http://www.youtube.com/watch?v=PfugNa3OxAQ
De laatste loodjes........ In Oudeschild passeer ik het bord 5km, een afstand die te overzien is. Maar dan met nog 4 km voor de boeg, buigt het parcours naar rechts. De wind komt weer recht van voren en alsof dat nog niet genoeg is op weg naar de finish, moet de Hoge Berg nog worden beklommen. Het parcours gaat twee maal berg op. Dat wordt afzien in het kwadraat. Ik passeer de een na de ander. Als ik een even opzij kijk, voel ik met ze mee. Zwaar getekende gezichten, hoorbaar gekreun. Een enkeling wandelt met stijve benen omhoog. Het lichaam lijdt hevig. Ik denk aan Alco en ik hoop dat-ie zonder kleerscheuren de finish haalt. Ik neem maar aan dat Arjen hem er wel door heen zal praten. Hij zal nog weleens terug denken aan zijn toch wel gebrekkige voorbereiding met te weinig kilometers in de benen. Dat zal hem bij een eventuele volgende keer niet weer overkomen, denk ik.
De start van de 60 van Texel
http://www.youtube.com/watch?v=PfugNa3OxAQ
De laatste loodjes........ In Oudeschild passeer ik het bord 5km, een afstand die te overzien is. Maar dan met nog 4 km voor de boeg, buigt het parcours naar rechts. De wind komt weer recht van voren en alsof dat nog niet genoeg is op weg naar de finish, moet de Hoge Berg nog worden beklommen. Het parcours gaat twee maal berg op. Dat wordt afzien in het kwadraat. Ik passeer de een na de ander. Als ik een even opzij kijk, voel ik met ze mee. Zwaar getekende gezichten, hoorbaar gekreun. Een enkeling wandelt met stijve benen omhoog. Het lichaam lijdt hevig. Ik denk aan Alco en ik hoop dat-ie zonder kleerscheuren de finish haalt. Ik neem maar aan dat Arjen hem er wel door heen zal praten. Hij zal nog weleens terug denken aan zijn toch wel gebrekkige voorbereiding met te weinig kilometers in de benen. Dat zal hem bij een eventuele volgende keer niet weer overkomen, denk ik.
De boot van 17.00 uur heb ik gehaald. Om goed half zeven
gaat de telefoon. Karin: hij heeft het gehaald, hij had nog 8 minuten over!!!!
Ik slaak een zucht van verlichting. Grote klasse!! Ik verbeeld me dat de
spieren in mijn benen stijf en enigszins gevoelig zijn. Kun je nagaan!
Uitslag 60 van Texel, 1 april 2013, Alco de Jong 60km 6:52:27
Fietsende meeloper