Loopgroep Stiens traint op maandagavond 19.45-21.00, woensdagavond 19.00-20.00, 20.10-21.25
Locatie sportcentrum it Gryn aan de Ieleane. Voor informatie of proefles: a.visserman@gmail.com

maandag 23 april 2012

DE SLAG(TE)SCHADUW VAN BONIFATIUS

Je kunt eigenlijk niet met goed fatsoen op zaterdag gaan trainen. Je komt thuis met stijve bovenbenen en dan blijkt dat het kabinet is gevallen na onderhandelingen die net zolang hebben geduurd als wij ons voorbereiden op de Slachte. Hebben wij onze tijd toch beter besteed. Via het secretariaat hebben we al het verzoek gekregen om volgende week vanuit onze groep een rompkabinet samen te stellen. Moet lukken, we beschikken over snelheid en slagkracht.
Deegroller of massagestick?
De in-box zat ook deze week weer tot de kop toe vol, er zijn plannen om voortaan onze berichten in the cloud op te slaan, kunnen we er onderweg ook nog wat aan doen, wolken genoeg tenslotte. Ziet u het voor u?, real time life chatten. Janke Andringa uit Stiens vindt ons bikkels die haar  doen denken aan de Batavieren die ze nog kent uit de verhalen van meester Elgersma. B&W van Leeuwarderadeel zullen het gemeentebestuur voorstellen om een Slachtefonds in het leven te roepen, van waaruit we onze onkosten vergoed kunnen krijgen. Als we over een paar jaar bij Leeuwarden zijn ingelijfd, is een dergelijk initiatief niet haalbaar. Een telefoonrondje langs de fractievoorzitters levert een voorlopige kleine meerderheid binnen de raad op. Alleen de FNP houdt de boot nog even af, zij willen eerst onderzoeken of iedereen van de groep wel geaf frysk praet. Wordt lastig, William zit inmiddels op de spoedcursus bij het Afuk.

Het was maar de vraag of zelfde W vanmorgen wel van de partij zou zijn vanwege knie- en andere klachten. Het mailtje vrijdagavond – “rondje gedaan, alles doet het weer” – stelde ons gerust. In de auto op weg naar het startpunt Ferwert geeft hij nog even een toelichting. “Toen zakken met ijs niet hielpen heb ik de zere plekken gemasseerd met de deegroller. Vroeger zat Gerarda me ermee achterna, nu verwen ik me er zelf mee”. Herman heeft zich afgemeld, het verplichte doktersattest vermeldt ‘scheurtje in de knieschijf’. Ben er volgende week wel weer, secondelijm (CetaBever) doet wonderen. Maar er is een vervanger in de persoon van Alle Sterk, hij is de eerstvolgende op de wachtlijst. Zijn start is niet Sterk, want hij arriveert als laatste, zonder opgaaf van geldige reden. Hij wordt hierop aangesproken, belooft beterschap en ondertekent het huishoudelijk reglement waarin o.a. dit soort zaken zijn vastgelegd.

We starten met een kwartier vertraging, want eerst geven we de wandelaars, die in grote getale de feesttent naast het huis van Jurjen en Suzan verlaten, gelegenheid om aan hun wandeltocht van 10-15-35 km te beginnen. We komen ze onderweg nog regelmatig tegen, zodra ze ons aan horen komen stellen ze zich respectvol naast elkaar op in de berm en blijven klappen totdat we uit het zicht zijn verdwenen. We zijn in koers voor de uitgestelde editie Ferwert – Dokkum – Ferwert, in mijn beleving achteraf ‘De ware Hel van het Noorden’. Zoals elk begin zijn de eerste kilometers richting Wanswert/ Burdaard niet de moeilijkste, droog en de wind schuin voor. Tijd om informatie onderling uit te wisselen en om van de natuur te genieten. Marijke vindt het in deze regio landschappelijk nog ruiger dan bij ons in de buurt, maar daarom niet minder mooi, “Fryslân, myn Fryslân, wer’t ik ek bin, ik hâld fan dy”. Dankzij Afuk kent ook W inmiddels de vertaling en ik zie dat hij een traan wegpinkt. “Sterk spul hè die Fisherman Friends”. Hij knikt. We passeren een bruggetje, in de leuning zie ik ‘The Old Pipers’ gekrast, Anja begint te lachen en vertelt dat dit de lokale Dubliners zijn, haar man Gys en mijn neef Pyt Nauta maken hier onderdeel van uit. Op dit bruggetje is de eerste fotosessie geweest. Hoe lang dat geleden is weet ze niet meer, maar de mannen waren toen ook al old. In Ferwerderadiel hebben ze inmiddels veel succes op feesten en partijen. Buiten de gemeentegrenzen zijn ze ook te boeken.

Burdaard is inmiddels aan ons verschijnen gewend, ah, binne jim der wer, wer giet de reis no naar ta? Dockum? Foarsichtig by de Ee, it spoeket der straks. De man krijgt gelijk, we zijn bijna bij de eerste ravitaillering als de donkere wolken die zich boven ons hebben samengepakt zich gaan ontladen en hiermee pas ophouden als we terug zijn in F. Het is alsof deze spanning al eerder wordt gevoeld, want iedereen moet bij het voetbalveld van SC Burdaard gebruik maken van de sanitaire faciliteiten. Helaas heerst op het sportcomplex een serene rust. Op de deur van de kantine staat aangeplakt ‘in verband met de komende regen buiten plassen (het bestuur)’. De dames vinden een heg, wij een boom.

De drinkpost is listig door Jurjen in het parcours (32 k) opgenomen. Op de heen én op de terugweg passeren we de blauwe auto die hier door Suzan en Jelle is geparkeerd. De achterklep is open (kan hier nog), de keus in drankjes en hapjes is weer groot. Eerst volgen we de Ee aan onze rechterzijde, na de brug bij Sybrandahûs stroomt hij links van ons. Ook hier heeft J een bedoeling mee, ‘het is voor de balans van de nekspieren’. De schaatsers onder ons kunnen het niet laten om de recente ijspret nog eens te herbeleven door de anderen deelgenoot te maken van de opgedane ervaringen. De uitspraak ‘de Ee is de aorta van mijn leven’ wordt niet door iedereen onderschreven. Wel door de vissers die we nu met enige regelmaat langs de kant zien zitten. Goedgemutst (letterlijk) groeten ze ons, het wil niet bijten – het milieu hè – maar alles is beter dan thuis zitten. Woorden voor rekening van de spreker.
Bonifatius, Dokkum of Murmerwoude?
Het mysterie ontrafeld:  http://web.inter.nl.net/hcc/Gbm.Delahaye/bonifatius.htm

Dokkum is een aparte ervaring, ondanks de regen is de bevolking vriendelijk. “Dat ze hier Bonifatius hebben vermoord, dat wil er bij mij niet in”, zegt Alle. “Klopt ook wel”, antwoordt Marijke, “dat was in Murmerwoude”. Alle tevreden, wij iets wijzer. Op het Bolwerk meent iemand Syb van der Ploeg te zien. Kan wel kloppen, want de repetities van ‘Bonifatius de Musical’ zijn in volle gang en daarin speelt hij de hoofdrol. Jammer dat we niet wat langer kunnen blijven kijken, we moeten in beweging blijven, de koude spieren worden strammer. We zijn Dokkum nog niet uit of we worden ingehaald door twee mannen die ook in training zijn. Ze zien op ons jack Stiens staan en vragen of we daar vandaan komen. “Ja, vanmorgen vroeg vertrokken”. Gelukkig lopen ze maar een paar kilometer met ons op, ze kletsen ons de oren van het hoofd met het verslag van hun loopprestaties. “Misschien komen we elkaar nog wel eens tegen”, zegt de ene met de pet als zij richting Holwerd gaan en wij naar het zuiden afbuigen. “Dat hoop ik in de vrede niet”, zegt Anja, wat een ‘old wifes’! We bereiken in dankbaarheid de blauwe auto en tanken voor de laatste keer.

Het is nu weer ieder voor zich, Jurjen en Alle zijn een klasse apart en zien we pas terug in F.

De laatste loodjes zijn niet voor iedereen het zwaarst, voor mij wel. Redelijk gesloopt bereik ik huize Van der Kooi en moet noodgedwongen het rondje ‘terp Hegebeintum’ aan mij voorbij laten gaan. Niemand die het me kwalijk neemt. De koffie en lekkere warme baddoeken doen hun werk. Tijd voor een stukje psychologie. Niet alleen de benen moeten het werk doen, maar ook het hoofd. De route die we straks moeten gaan lopen, zal onderdeel van onze geest moeten worden. We moeten haar als het ware kunnen dromen, niet de kilometers zijn daarbij van belang  maar de dorpen waar we doorkomen. Net als vroeger op school zullen we deze de komende tijd uit het hoofd moeten leren. We zijn straks één met de route, sterker nog ‘wij zijn de route’. Als we één keer zover zijn is geen brug te hoog en is geen weg te lang. Ik weet, zoiets kost tijd, maar we hebben nog even. De zoon des huizes Jelle heeft dit glimlachend aangehoord, hij moet ’s middags voetballen tegen de koploper en belooft het gehoorde in praktijk te brengen. Dat zijn weg nog lang is blijkt uit de 5-1 nederlaag. Ter ondersteuning ontvangt elk lid een routekaart in tweevoud, één voor dagelijks gebruik of voor op het nachtkastje, de ander is geplastificeerd en wordt gebruikt als placemat, zodat je onder het eten ook contact houdt ONS DOEL!

Het was weer een kostelijke ochtend.

zondag 22 april 2012

JAARBEURS UTRECHT MARATHON

Uitslagen:

Halve marathon, Jacqueline Sollie   1.56:03

maandag 16 april 2012

WIJ WORDEN GESCHADUWD........

Beetje onwennig vanmorgen, Marijke en Jurjen hebben afgezegd. Marijke zit op de boot naar Terschelling voor iets op de Brandaris, soort estafette om te zien wie het vaakst naar boven kan lopen. Past eigenlijk niet goed in de voorbereiding voor de S, maar bij wijze van uitzondering heeft ze dispensatie gekregen. Bovendien had ze donderdag ons programma individueel afgewerkt,’doe ik nooit weer, wat zwaar’, meldde ze via de mail. Persoonlijk krijgt ze van mij nog extra krediet, omdat ze me vrijdagavond van een beginnende blessure heeft afgeholpen. Jurjen heeft gewoon vrij, zijn reserves zijn dusdanig dat een keer minder trainen hem op 6/16 niet van een topprestatie zal afhouden.
16 juni sil ik jim ferljochtsje!

Op het secretariaat eerst de fanmail gelezen, het doet ons goed dat er in zo’n korte tijd zoveel positieve reacties binnenkomen. Een paar mag ik u niet onthouden: “Er gebeurt wat ik verwachtte, Loopgroep Stiens wint de Slachte” (Annie Schotanus); “Thank you stars!” (Katie M); “Doe als ik, ga eerst in gesprek met het ijs (asfalt)” (Henk Gemser); “Leaver dea as slaef” (Grutte Pier); “De Aldehou sil jim op 16 juni ferljochtsje” (Stichting Oldehove) …. (volgende keer meer)

De vorige zaterdagen in gedachten hebben we ons warm gekleed, 3 laagjes en handschoenen aan. Na een paar kilometer richting Vrouwenparochie wordt al duidelijk dat we dit verkeerd hebben ingeschat, geen wind, een opkomende zon die ons warm toelacht, het is gewoon heerlijk weer. Om ons heen veel bedrijvigheid op de landerijen. Sjoch (Kijk) dat is een aardappelzetmachine vertelt Anja, en daar wordt geëgaliseerd en die boer verderop is aan het ploegen, we komen oren en ogen tekort. Maar de vraag van vorige keer waarom koeien twee oormerken hebben, wordt ook vandaag niet door haar beantwoord.

In Vrouwenparochie treffen we nog net Karin en Arjen, kratten koffie, koek en andere voedingsmiddelen worden in de auto gezet. Ze gaan op weg naar hun loopgroep in Sneek. Een kort gesprek, een kleine boodschap en met een ‘hou do’ vervolgen we onze weg naar Sint Annaparochie. Halverwege komt ons een scootmobiel tegemoet, het zal toch niet waar zijn, heeft onze oproep nu al succes? Nee dus, de berijdster gunt ons geen blik waardig. Dit wordt weldra anders, in St. Anna worden we opgewacht door mem Jouk van Anja, ze heeft zich aangemeld als proviandeuze en wil weten of we nu al aan een versnapering toe zijn. William kijkt op de computer en vindt dat het nog te vroeg is. We spreken af in Berlikum, daar komen we een klein half uurtje later aan. Ze heeft op een strategisch goede plek de auto aan de kant gezet. We zijn blij met dit initiatief omdat de instructies van de dochter voor velerlei uitleg vatbaar bleken te zijn. Dat heb je er van als de route een dag van tevoren vanaf een terras in Leeuwarden telefonisch in elkaar wordt gezet. Blij dat Gerarda uiteindelijk de regie heeft genomen en er een prachtige loop van heeft gemaakt.

De sportdrank is tegenwoordig in 1,5 literpakken te koop, handig omdat flesjes een beetje teveel van het goede zijn. De voorgesneden ontbijtkoek smaakt ook goed, Herman meldt tussen neus en lippen door dat hij altijd ongesneden koopt, kunnen de plakjes plakken worden. Hij is trouwens vanmorgen aardig op de tekst, eerst dachten we dat het onderweg wel rustig zou zijn zonder M en J, maar niets blijkt minder waar. “Weten jullie hoe hoog je ochtendpolsslag is?”, “Nee?, het is de basis voor elke hartslagmeting. Je wordt wakker, meet je polsslag, vermenigvuldig die met 3,5 en je hebt je maximale hartslag”. We slaan deze informatie op,maar niet nadat W bezwaar tegen deze methode heeft aangetekend. “Als ik ’s morgens wakker en zie Gerarda naast me, wat denk je dan van mijn polsslag?”. Herman is onverbiddelijk en verwijst hem voor een nacht naar het logeerbed.

Jouk belooft de rest van het eten en drinken in Beetgumermolen bij Ons Huis achter te laten. Er worden nog wat vage afspraken met haar gemaakt over 16 juni en mogelijk nog een ‘zaterdagdienst’. Overbodige kleding gaat in de achterbak en wij richting Menaldum, het mooiste deel van de route. Een slingerend schelpenpad langs het water, je waant je op Terschelling. Sjoch (Kijk), jonge eendjes, de eersten die ik dit voorjaar zie, wat lief! Even de pas inhouden, meer doen we ons niet aan tijd, maar het moet gezegd worden, we voelen ons een met de Friese natuur. W verwacht dat we vanmorgen het laatste kievitsei zullen vinden, maar dat we het zullen laten liggen omdat het lotteren zoveel tijd neemt op het gemeentehuis.

Aan al het moois komt een eind als we de afslag Ingelum bereiken en onze koers richting dit dorp verleggen, een afstand van 5 km. Over het lopen valt weinig te vertellen, daarvoor is de weg te eentonig, het randgebeuren brengt echter spanning, dus sla ik even een zijpad in.

Het was me de vorige keer op het traject Burdaard-Wyns al opgevallen dat we op een afstand van laten we zeggen 300 meter gevolgd werden door een fietser. Ogenschijnlijk had hij geen oog voor ons en genoot hij net als wij van de natuur, maar ik vond dat hij zich vreemd gedroeg. Haalde ons niet in, stapte zo nu en dan af, rommelde wat met de pakjesdrager enz. En hij had iets in zijn rechterhand, kon niet goed zien wat het was, leek gereedschap. Na onze tussenstop in Lekkum heb ik hem niet meer gezien, reden om de loopgenoten niet onnodig ongerust te maken. Maar .. halverwege Ingelum zie ik de man weer, althans dezelfde fiets. Nu staat hij te praten met iemand, groet ons zelfs! Onze blikken ontmoeten elkaar, hij wendt het hoofd af, ik zie in zijn hand een hamer. Zou dit hem zijn, de man met de hamer?Op het frame staat info@mmdh.nl, ik ben nieuwsgierig genoeg om hem vanmiddag nog een mail te sturen met de vraag of hij het echt is en wat hij met ons moet. Het antwoord is verbijsterend aan de ene kant en hoopgevend aan de andere. Het klopt dat ik hem de vorige week ook gespot heb, was niet de bedoeling dat hij opgemerkt werd, want in verband met de Slachte is hij op zoek naar loopgroepen om daar de zwakke plekken in te ontdekken. Vooral op zaterdag zijn er velen actief en hij kan nu al verklappen dat 16 juni voor hem een feestdag wordt. Zoveel overmoedigen, zoveel ongetrainden, ze zullen hem allemaal tegenkomen. Tot zijn eigen spijt moet hij meedelen dat er bij ons weinig te halen zal zijn, jullie team kent geen zwakke plekken, wij zullen elkaar niet meer ontmoeten …. Hij stelt het wel op prijs als ik hier verder geen ruchtbaarheid aan geef, iets wat ik hem niet kan beloven.

Herman blijkt zijn eigen tweelingbroer te zijn. Vlak na Menaldum wijst hij zijn geboortestee  aan, zie, daar die boerderij bij die molen. Vlak voor Ingelum: “Zien jullie die boerderij achter die molen? Daar ben ik geboren. Onze vragende blikken beantwoordt hij met de mededeling dat hij zich de eerste keer vergist had, de wereld verandert ook zo snel!

In Beetgumermolen de tweede korte pauze. Zoals beloofd ligt achter een grote gedenksteen de drinkzak. Tijd voor een paar bewijsfoto’s. De voorzijde van de gedenksteen vermeldt de naam Hogerhuis. Straks zullen we langs het huis lopen waar zich een drama heeft afgespeeld. De groep behoeft voorlichting. Korte samenvatting:
HOGERHUIS, gebroeders Keimpe, Wybren en Marten
Slachtoffers van gerechtelijke dwalingen in de roerige jaren negentig van de negentiende eeuw, zijn geboren te Beetgum. Wybren was schildersknecht en stond op het punt een schilderszaak over te nemen, toen hij door de marechaussee werd meegenomen, verdacht van inbraak. Deze vond plaats op de late Sinterklaasavond van 1896 in de boerderij van Gatze Haitsma onder Britsum. De broers Hogerhuis behoorden tot de weinige intimi van Haitsma en Wybren had een relatie met diens huishoudster Ymkje Jansma. Maar vooral wekte de inbraak sensatie, omdat Ymkjes broer Sieds, die deze nacht de plaats van Wybren had ingenomen, door twee revolver-schoten gewond was geraakt. Wybren, die was opgepakt omdat hij vaak bij Haitsma over de vloer kwam, werd de volgende dag reeds vrijgelaten. Eind van die maand werd hij echter opnieuw aangehouden, nu tezamen met zijn beide broers, ondanks hun alibi en het feit dat geen van hen verwondingen vertoonde. De zaak kreeg een plotselinge draai, toen Ymkje Jansma onder zware druk van de Leeuwarder politiecommissaris plotseling verklaarde de broers Hogerhuis te hebben herkend. Een half jaar later, op 17 juni 1896, werden de broers tot zware gevangenisstraffen veroordeeld.
Zoveel onrecht kunnen we deze morgen niet verdragen en zetten aan voor de laatste 10 km. Het is beter om tijdens de loop niet  te gaan zitten (leermoment), want het op gang komen gaat moeizaam. Gelukkig treft dit ons alle vier, voor de rest zijn we stil, nog onder de indruk van het vertelde. De aanleg van de NW Tangent mogen we van nabij aanschouwen. Verbodsborden gelden niet voor lopers zegt W, wij keutelen achter hem aan om ons even later terug te vinden op het onverharde eerste deel van de nieuwe weg. “Teruggaan is voor mietjes”, we kunnen aan de slootkant om het hek heen. Dat blijkt te kloppen, maar wat we ook zien is dat we net een gedeelte met drijfzand zijn gepasseerd. Het bord is waarschijnlijk door de wegwerkers omgedraaid. We zijn aan een ramp ontsnapt. Ook dit wordt op de gevoelige plaat vastgelegd.


U begrijpt dat we bij thuiskomst eerst op adem moesten komen, de emoties een plaats geven, de ruggen strekken, de hersteldrank haar werk te laten doen en daarna genieten van de koffie!


Het was weer een gedenkwaardige ochtend, laat de Zoladztest morgen maar komen.


Koos

dinsdag 10 april 2012

WE STAPPEN VANDAAG OVER ONZE EIGEN SCHADUW HEEN........

Noardkromp 12, mijn routeplanner weet ook op dit vroege uur precies waar hij mij moet afleveren. De voordeur staat open, Marijke en Herman staan al startklaar. Ferwert laat even op zich wachten, William – die om de hoek woont – is de laatste van het team dat vandaag 30 k in H2 gaat bedwingen. Voor de niet ingevoerde lezer, H2 is geen berg, maar de hartslagzone die voorgeschreven staat. In H2 en H3 verbrand je je vetten die in het algemeen in voldoende mate aanwezig zijn, in H4 en hoger zijn de koolhydraten aan de beurt. Van nature hebben we hier minder van meegekregen, ze kunnen dus opraken en behoeven onderweg aanvulling (einde leermoment).
We krijgen steeds meer ondersteuning, dat is bijzonder fijn omdat we ons dan volledig op het lopen kunnen richten. Gerarda zorgt voor het uitzetten van de route, ze is volgens William nu al zo ver dat hij nog maar enkele wijzigingen hoeft aan te brengen. Er wordt al gedacht aan een secretariaat om o.a binnenkomende mail te beantwoorden. Niet alleen van mensen die ons een hart onder de borstband willen steken, maar ook supporters die zich spontaan aanmelden als ‘verzorgingspost’, hartverwarmend! Als u zich ook geroepen voelt, aarzel niet, misschien bent u één van de gelukkigen die Gerarda op onze routes kan inplannen, zodat u onze wederwaardigheden heet van de naald kunt aanhoren. Drankjes en ontbijtkoek worden vergoed! Het is misschien een beetje brutaal, maar om een paar keer met een rijdende verzorgingspost – fiets/ scootmobiel – op pad te gaan, lijkt ons ook wel aangenaam. Iets voor sfeerproevers.

Stofzuigen de nieuwste trainingsmethode?
De klimatologische omstandigheden zijn, zeker in het begin, beter dan vorige week. Met N-NW kracht 3/4 lopen we naar de Dokkumer Ee, daarna richting Burdaard. Marijke vertelt dat het bruggetje bij Bartlehiem er vandaag uit wordt gehaald vanwege restauratiewerkzaamheden. We hebben geluk, zodra we deze bezienswaardigheid zijn gepasseerd horen we de kettingzagen hun werk doen. De stemming is ontspannen, ruimte om ervaringen uit te wisselen over hoe we ons dagelijks werk om de trainingen heen bouwen. Bij Jurjen en William is het al zo ver dat ‘de baas’ al blij is dat ze een paar keer per week hun gezicht laten zien, en dat met behoud van salaris. Ook tijd voor een kennisvraag: Hoe komt het dat vrouwen in het algemeen goed kunnen hockeyen? ….. Het lijkt op stofzuigen. De vraagsteller ontkomt maar net aan een nat pak.

Anja heeft er voor gezorgd dat Gys bij de brug in Burdaard de eerste verzorgingspost bemant. Koek en sportdrank in overvloed. De lokale bevolking komt om ons heen staan en vraagt ons figuurlijk het hemd van het lijf. Een collega van Anja ,ook MCL, vraagt of er nog fysieke verzorging nodig is. Herman krijgt spontaan last van zijn kuit, dit wordt echter doorzien, teleurgesteld rolt hij de broekspijp weer naar beneden. Gys biedt nog aan om ons in zijn pick-up een paar km te verplaatsen, van hem zullen Karin en Arjen niks horen. Onder dankzegging wordt het voorstel unaniem verworpen, we strikken de veters nog een keer, gaan de brug over en zoeken de andere zijde van de Ee. Hier en daar wordt nog een hand opgestoken, een groet gebracht. Het goede gevoel dat we hebben bij deze groepstrainingen wordt bij het verlaten van de bebouwde kom nog eens onderstreept als we Joe Cocker uit een van de huizen horen zingen: With a little help from my friends …

Tien k voor de wind, tijd om om ons heen te zien, de mooie luchten, de groene weiden geven extra kleur. Herman levert een bijdrage aan het Wereld Natuurfonds door een reithintsje dat langs de kant van de weg zit/ligt op een minder gevaarlijke plek neer te leggen. Een kudde koeien probeert in ons tempo gelijke tred met ons te houden, na 100 m geven ze het op, kopschuddend grazen ze verder. Op de vraag waarom deze beesten in beide oren een geel oormerk hebben, moet iedereen het antwoord schuldig blijven. Ook de (dieren)vraag: welke vogel wordt in Vietnam heel veel waargenomen levert in eerste instantie alleen maar vragende blikken op. De vragensteller mag het antwoord zelf geven: Vietnamees. U begrijpt, het gaat allemaal te gemakkelijk, de meligheid neemt toe. Maar dit duurt niet lang, als  we de weilanden achter Wyns induiken is er plots een weersomslag. De zon is verdwenen, de wind trekt aan tot 6, draait even 180 graden en een korte, maar hevige sneeuwstorm overvalt ons. Handschoenen aantrekken lukt niet, zó koud wordt het. Van zijn zus in Canada heeft Jurjen gehoord dat ze dit verschijnsel daar een blizzard noemen.  Daar heeft het al veel slachtoffers gemaakt. Niet omdat ik J niet op zijn woord geloof, maar om het wetenschappelijk te onderbouwen heb ik Wikipedia geraadpleegd: A blizzard is a severe snowstorm characterized by strong winds and low temperature (einde citaat)”. Ik bedoel maar.

Onderkoeld komen we bij de tweede stop aan, in Lekkum wonen de schoonouders van W. We worden hartelijk ontvangen, zij hebben van het natuurverschijnsel niets gemerkt, de warme koffie doet wonderen. Bij het binnenkomen zien we gelijk dat W de ideale schoonzoon is, de trouwfoto hangt op posterformaat aan de muur, W en G zijn nog geen spruut veranderd. Om stijfheid van de spieren te voorkomen, nemen we na 10 minuten afscheid,maar niet nadat we W’s schoonvader beterschap hebben gewenst, hij is gevallen en heeft o.a. zijn ribben gekneusd. Uit ervaring weet ik dat dit verr.kte zeer doet. Het ritme wordt hervonden, al gauw zijn we in Snakkeburen, komen over de Bonke in Leeuwarden aan, het laatste deel van de trilogie moet ook gelopen worden.

Mijn bovenbenen melden zich en het is nog 10 k met wind tegen. Een gedeeld gelletje kan hier weinig meer aan doen. G is zo verstandig geweest om ons om het Havankpark heen te dirigeren, heeft een vorige keer wel erg veel tijd genomen. De twee eenzame roeisters laten we deze keer ook met rust en duiken het Leeuwarder bos in voor de laatste beschutting. Jurjen is in geen velden of wegen te bekennen, hij neemt de ruimte die we hem van harte gunnen. Er wordt weinig meer gesproken, iedereen heeft even genoeg aan zichzelf. Dit verandert als we weer bij het vertrekpunt zijn en de flessen met hersteldrankjes op tafel komen bij Marijke en Johannes. Koffie, koek en chocolade-eitjes vormen het slotakkoord. De horloges worden met elkaar vergeleken, i.p.v. 30 hebben we 32,4 k gelopen. We zitten binnen de 10 k van de finish!

Het was weer een bijzondere ervaring.

Koos   

maandag 2 april 2012

IN DE SCHADUW VAN JURJEN

           Een dag later zou het een geslaagde aprilgrap zijn geweest: lopen met windkracht 6. Huize Teinsma is vanmorgen verzamel- en startpunt, 28 k in H3 en H4 is de opdracht. De laptop staat open, de route in als haar naaktheid op het scherm. Gaan we om de noord of eerst voor de wind naar Leeuwarden om energie te sparen voor de verschrikkingen die daarna ons deel zullen worden? Besloten wordt tot het laatste, trainen is werken en werken is trainen. Afzien moet je leren, zal ons 6/16 van pas komen. Zonder foto’s en publiek gaan we ons op weg.

                                    
           Keuvelend nemen we de individuele training van de afgelopen week met elkaar door.Iedereen is toch wel erg goed bezig, de pittige tempoloop van 45 m is favoriet geweest, de intervaltraining had minder belangstelling door tijdgebrek. William heeft een brief gehad van het NOC/NSF over de marathon van Londen medio dit jaar. Omdat er een link wordt gelegd met de nicht van Marijke, Erica, komen we tot de conclusie dat het om de O.S. gaat. In de loop van de ochtend wordt duidelijk dat het W serieus is, zo’n kans krijg je maar één keer.
Collecte?
             Waar we de vorige keer rechtdoor gingen in Leeuwarden gaan we nu rechtsaf. Bij het verkeerslicht staat Geert – hij is het echt – met iets in zijn hand. Het lijkt een schaal, hij gaat toch niet collecteren voor een of ander goed doel? “Ik heb geen geld bij me”, roept Marijke. Als we dichterbij komen zien we dat er geen beroep wordt gedaan op onze vrijgevigheid, de schaal is gevuld met dextrotabletten. “Dit is wel het minste dat ik kan doen”, zegt Geert, “heb net het weerbericht gehoord, de wind trekt aan tot 6 met uitschieters naar 7, had ik in New York geen last van …”, met een grijns van oor tot oor.

             We lopen door het Westeinde, zoals overal staan er veel huizen te koop. Omdat er iets sanitairs moet gebeuren, besluiten we gebruik te maken van de ‘open huizen dag’. Bij een te koop staande woning bel ik aan, meld dat ik belangstelling heb en de woning graag even wil bezichtigen. Heb mijn broers en zusters meegenomen, we zijn nogal hecht met elkaar, we nemen nooit een beslissing zonder de anderen daarin te kennen. Terwijl de rondleiding plaatsvindt merk ik dat beide toiletten worden geïnspecteerd, als ik de stortbak voor de laatste keer heb gehoord, kom ik tot de conclusie dat het huis me toch een beetje tegenvalt en dat we verder de wijk ingaan.

             Het spel gaat op de wagen als we richting Marssum gaan, de wind is schuin tegen, het wordt stil in de ploeg, angstvallig wordt er op de hartslag gelet, die van mij schiet omhoog, neem het zekere voor het onzekere en ga in de schaduw van Jurjen lopen, verreweg de sterkste van ons team. Hij neemt zijn verantwoordelijkheid en roept dat we in een waaier moeten gaan lopen. Het moet een mooi gezicht zijn geweest, als wielrenners die ‘op de kant zijn gezet’ gaan we verder. Niemand verzaakt, niemand raakt achterop, niemand is meer teleurgesteld omdat de bomen die als windvanger hadden kunnen dienen aan de verkeerde kant van de weg staan. In het centrum van Marssum  moeten we het bordje Beetgum volgen, 5 k met wind vol op kop. Het kan niet anders dan dat de groep uiteenvalt, J kan niet langzamer, alleen W is nog in staat hem bij te houden, de andere 4 gaan compact lopen, steun bij elkaar zoekend en krijgend.
In de schaduw van Jurjen
              Gezichten vol onbegrip als we Beetgumermolen binnen lopen. “Jimme lieke wol net goed by de holle, hurd rinne met dit waer. De wiin hellet straks oan tot kreft 8 mei in’e pusters ek noch rein”. Echt opbeurend is dit niet echt, nee, dat gevoel krijgen we even later als we bij de auto van W, gevuld met lekkernijen, zijn aangekomen. Deze heeft hij er de vorige avond neergezet. In de beschutting van het dorpshuis ‘Ons Huis’ (hoe toepasselijk vanmorgen) drinken en eten we de meegebrachte koolhydraatrijke spijzen en dranken. Herman is bij de les, we hebben nu 16 k gelopen, nog 12 te gaan. Ieder mag nu voor zijn eigen kansen en mogelijkheden gaan, ook al is de wind nog steeds vol op de kop. Aan het eind van de ochtend zullen we weten ‘waar we staan’, 10 weken voordat het echt serieus wordt.

               Gezamenlijk deze afstanden trainen werpt nu zijn vruchten af. Waar je bij een individuele training de neiging krijgt – althans zo ervaar ik het – om een tandje lager te schakelen, nu sleep je elkaar er door heen. Je wilt niet onder doen voor de ander, doorlopen dus, snelheid houden, aanklampen, intussen denkend sneeuwwitte stranden, koude dranken …. .
De oriëntatie komt terug als ik het bordje Zuidhoekstermiddenweg zie, ah, nu kan het niet ver meer zijn. In de verte de kerktoren van Stiens. Halverwege deze ruilverkavelingsweg is een laatste drinkpost ingericht door een andere zus van J (ja, ze wonen overal). Een kort gesprek is het laatste dat we vanmorgen van Jurjen en William zien en horen. Pas bij de finish ontmoeten we elkaar weer.

               Bij de doorgaande weg Stiens-St.Anna denken we dat we het bijna hebben gehad, tot onze schrik zien we de stipjes J en W richting de Blauwe boerderij lopen, dat betekent nog een lus. Ons karakter houdt ons op de been. Herman krijgt vleugeltjes, ruikt de stal. Het laatste stuk is wind mee, dat scheelt, hoewel dit voordeel met vermoeide benen minder groot is dan je zou verwachten. Als we Stiens binnenkomen verlaat Jurjen net het dorp, een laatste groet van hem en een heerlijk kop koffie met zelfgebakken koek bij Gerarda maken de ochtend kompleet.

Afstand: 28,3 en tijd: 2.43 voor ons.

Het was weer een hoopgevende training.

CONDENSLOOP LEEUWARDEN

Uitslapen zat er deze zaterdag niet in. De helden van mijn loopgroep die trainen voor de Slachte Marathon gingen deze zaterdag alweer vroeg op pad. En ook deze dag moest ik natuurlijk wel weer bijdragen aan het slagen van deze missie. Het was koud en vochtig op de vroege zaterdagochtend, zo nu en dan een schraal zonnetje, maar het leek in de verste verte niet op het voorjaarsweer van de week daarvoor. Ik had mijn post ingenomen op de hoek van de Troelstraweg en Valeriusstraat. Het was rustig op de weg, slaperige gezichten in auto's. Een oude chinese man kwam hardlopend (nou ja, het leek erop) voorbij. Maar daar zag ik in de verte een kleurige trein van hardlopende mensen aankomen. Ja dit kon niet missen, onze helden van de loopgroep Stiens onderweg voor hun 28k run. De blikken stonden nog heel helder. Nadat ik ze mijn wondermiddel had gegeven denderde de trein weer verder, richting begraafplaats. Het komt wel goed met dit stel.
Tijd voor mijn eigen uitdaging voor deze dag, de 21k van de Condensloop in Leeuwarden. Het was een drukte van belang bij de start. Meer dan 1100 deelnemers hadden zich ingeschreven voor de verschillende afstanden. De inschrijving is in de kantine van de Condens op de derde verdieping, zes trappen op, waar ook de kleedruimtes zijn. Altijd leuk om rond te kijken, bij sommigen beginnen de zenuwen al op te spelen en zijn dan ook erg druk in spraak en gebaren. Veel bekenden. Geen loopgroep maatjes, de helden deden uiteraard hun eigen voorbereiding maar kennelijk had de rest andere beslommeringen deze dag. Wel kwam ik nog een vroeger loopmaatje van onze loopgroeptegen, Alie Louwsma. Ook Alie liep de halve marathon. Om 12 uur was de start. Zo'n 350 deelnemers aan de halve marathon gingen op pad, ieder met z'n eigen uitdaging. Ik vind het wel prettig zoveel deelnemers. Je kunt dan makkelijk in een groepje oplopen er zijn altijd wel een aantal die jou tempo lopen. En dat was wel prettig want er stond een pittige wind die menig maal het parcours teisterde. Het was voor mij ook weer een test. Na het volbrengen van de NY Marathon had ik niet meer zo'n lange
Geert in actie tijdens de Condensloop
afstand gelopen. Ik nam mij voor zo constant mogelijk te lopen op  11km/uur. Het ging lekker in een leuk groepje. Op 8km haalde ik Alie in die in een stevige dip zat. De wind was ook stevig op het traject op de Groningerstraatweg. De laatste 5km waren pittig. Als je Camminghaburen binnenkomt moet je over een akelig hoge brug. En dan volgen er nog drie. Echte krachtenbrekers die een aanslag doen op je spieren die dan toch al in de verzuring raken. Ik liep voor op mijn schema maar hier moest ik toch iets inleveren. Tegen de wind in naar de finish. Mijn tijd: 1:55:07 en daar ben ik best tevreden over. Gemiddeld toch nog die 11 km/uur. Alie finished een minuut later. Alle deelnemers krijgen een pakket zuivel van de sponsor mee. Dan volgt de laatste uitdaging, weer zes trappen naar boven naar de kleedruimtes. Pijnlijke gezichten van deelnemers op de trappen iedereen met een knalgele tas boordevol spullen. Vanavond hebben we zeker een glas wijn verdiend.
Geert Vogelzang

EEN ZATERDAGOCHTEND IN STIENS

Het motto van Karin en Arjen is altijd dat het leuk is dat iedereen op zijn eigen manier plezier in het lopen moet hebben.  We lezen en leven al weken lang mee met het wel en wee van onze bikkels die trainen voor de Slachtermarathon en realiseren ons steeds meer dat we vanaf december eigenlijk maar weinig met zijn allen met de ”zaterdagochtendgroep”op stap zijn geweest.  Tijd om ook weer in beweging te komen.
Dus stonden zaterdagochtend om half 10 drie dames en een heer klaar in het zwembad voor een groot rondje Finkum.  Gerarda kon vandaag  helaas niet mee omdat ze met Esmee naar start to run zou gaan.  Wel gezellig om ook de groepen van Heije en Olivier te ontmoeten.  Na even geklets te hebben vertrokken Gryt,  Astrid,  Egbert en Machteld vanaf het zwembad richting kinderboerderij om daar de nodige rek en strekoefeningen te doen. Bij de kinderboerderij stonden twee auto’s met drinkende hardlopers. Zouden het onze bikkels zijn? Nee, toch niet het waren wel Slachte lopers maar niet van onze loopgroep. We mochten gelukkig wel in de luwte van de auto rekken en strekken. Dat was wel nodig want er stond een hele harde koude wind waardoor wij ons ook wel een beetje bikkel begonnen te voelen.
Finkum
Daarna vol in de wind richting Poeldyk / Poelhuizen. Man wat een wind.  We kwamen nauwelijks vooruit. Egbert bood heel  galant aan om voor ons te gaan lopen maar de feministische golf heeft ons nog een lik over de neus gegeven dus ieder voor zich en vol in de wind.   Bij de oversteek naar Finkum nog even twijfel, zullen we over Hijum of toch maar gewoon rechtdoor. Het recente  blessureleed van ons allemaal deed ons besluiten om maar rechtdoor te gaan. Het zicht op de bocht waarna we de zo gewenste rugwind zouden krijgen gaf wat extra vleugels. Jammer was dat we bij de eerste rugwind ook de daarvoor nog zo warme zon moesten missen. Deze werd namelijk ingeruild voor een kort buitje waardoor het direct een stuk kouder werd. Maar ook hier weer een stukje extra tempo door de wild blaffende honden op het hoekje vlak voor Finkum. We hadden vooraf al afgesproken dat we voor dat punt gingen “stofzuigen” zodat geen van allen deze woeste viervoeters alleen voorbij hoefde te lopen, dat is altijd een vervelend moment. Daarna werd het plezierig lopen.  De wind deels in de rug, droog, eenden in en uit de sloot en Stiens in zicht. Zullen we…. Ja, we maken het rondje af via de Wurge,  lekker in de beschutting van de bomen waren we snel in de buurt van het zwembad. Toch nog 9 1/2 km gelopen. We zijn tevreden….
Snel naar huis en douchen want vanaf 12.00 uur een aantal van ons het eerste doel voor deze zomer vastleggen. De Dam tot Damloop.  We hadden aangeboden om ook voor de Slachte lopende dames in te schrijven dus gewapend met allerlei gegevens,  broodjes, telefoons en koffie zaten we om vijf voor twaalf ieder met een laptop op schoot te wachten tot het grote moment. En ja hoor het werd weer dolle pret. Geen verbinding met de site, halverwege een inschrijving er weer uitgegooid etc.  etc. .  Een herhaling van vorig jaar. Na een half uur vruchteloos proberen snel Marijke en  Anja gebeld met het verzoek om zelf ook mee te proberen. Crisisoverleg met William en Gerarda leerde dat ook zij nog geen enkele inschrijving rond hadden. Maar de aanhouders hebben gewonnen en na 1 uur en 20 minuten hebben we allemaal de door ons zo gewenste kaart…… William had tijdens alle inschrijfstress wel gemerkt dat je de site wel kon bereiken voor op- of aanmerkingen en wij hebben smakelijk gelachen om zijn commentaar dat inschrijven meer energie koste en stress opleverde dan de Dam tot Damloop zelf. 

Ik vermoed dat we vanaf nu ieder zaterdag wel weer gaan lopen. Op naar Amsterdam.